27-05-2010

De regels voor lijfrentepolissen of lijfrenterekeningen

Een lijfrentepolis en tegenwoordig ook een lijfrentespaar- of beleggingsrekening is nog steeds een van de meest gebruikte methodes van de opbouw van (aanvullend) pensioen. Volgens de veelvuldige reclames van Brand New Day zitten er grote verschillen in op te bouwen kapitaal tussen hen en andere aanbieders. In een volgende kwestie zullen we hier wat dieper op ingaan, want Brand New Day komt er in objectieve vergelijkingen vaak niet als beste uit. Dan gaan we ook wat dieper in op de fiscale voorwaarden. Vandaag staan we stil bij de algemene regels voor lijfrenteproducten omdat we merken dat veel mensen hier eigenlijk geen goed beeld bij hebben.

Wat is een lijfrente ?
Een lijfrente is de uitkering van een soort aanvullende pensioenverzekering of bankspaarproduct. Er wordt kapitaal gespaard, belegd of in één keer gestort, dat wordt aangewend voor een periodieke uitkering. Wanneer de betaalde premies fiscaal aftrekbaar zijn, is de toekomstige uitkering belast.

Met de inleg wordt gespaard of belegd via de verzekeraar of de bank- of beleggingsrekening om meer kapitaal op te bouwen voor de begunstigde. De begunstigde is de persoon die later de uitkering gaat ontvangen. Met het uiteindelijk opgebouwde kapitaal kan een ‘lijfrente’ gekocht worden. Dat kopen hoeft niet bij dezelfde verzekeraar of bank als waar het kapitaal is opgebouwd. Iemand kan kiezen voor de verzekeraar die de beste voorwaarden biedt. In de afbouwfase (de fase van uitkering) ontvangt de eigenaar van de lijfrente per maand, kwartaal of per jaar een uitkering. Deze lijfrente kan tijdelijk of levenslang uitgekeerd worden, daarvoor kiest iemand zelf.

Hoe zit het met de belasting ?
De betaalde premie is soms fiscaal aftrekbaar in box 1 als uitgave voor inkomensvoorzieningen. Over het opgebouwde kapitaal hoeft dan ook geen belasting betaald te worden. De zgn. vermogensrendementsheffing die geldt voor gewoon spaarkapitaal of beleggingen, geldt namelijk niet voor opgebouwd lijfrentekapitaal. Over de uitkering moet tijdens de uitkering wel inkomstenbelasting betaald worden, eveneens in box 1. De lijfrenteregeling moet worden afgesloten bij een door de Belastingdienst erkende aanbieder. De lijfrente moet bovendien ter compensatie voor het pensioentekort zijn, of voor meerderjarige invalide kinderen en –kleinkinderen of voor periodieke uitkeringen bij invaliditeit, ziekte of ongeval van de belastingplichtige.

Welke mogelijkheden bij pensioentekort zijn er ?
Bij een lijfrente ter compensatie van het pensioentekort zijn er fiscaal gezien drie mogelijkheden:
Oudedagslijfrente
Deze lijfrente is een levenslange inkomensvoorziening. De uitkering mag op ieder willekeurig moment ingaan tussen de 65- en 70 jaar, de uiterste datum. De lijfrente is persoonsgebonden, bij overlijden van de verzekerde stopt de uitkering.

Tijdelijke Oudedagslijfrente
Met deze lijfrente kan het inkomen tijdelijk aangevuld worden, bijvoorbeeld omdat er voor een bepaalde periode nog hypotheek betaald moet worden. De duur van de uitkeringen moet minimaal vijf jaar zijn en de uitkeringen mogen pas ingaan na de 65ste verjaardag. De uitkering vervalt aan het einde van de looptijd of – als dat eerder is – bij overlijden. Ook deze lijfrente is persoonsgebonden.

Nabestaandenlijfrente
Een nabestaandenlijfrente is een lijfrente die na het overlijden van de verzekerde uitkeert aan de nabestaanden (partner en kinderen). In het algemeen zijn zulke lijfrentes gekoppeld aan een oudedagslijfrente. Nabestaandenlijfrenten worden soms afgesloten om ervoor te zorgen dat een nabestaande een hypotheek kan betalen.
Tot 1 januari 2006 was ook de premie voor een overbruggingslijfrente fiscaal aftrekbaar. Nu niet meer.
Zijn er risico’s aan een lijfrenteregeling verbonden ?

Een lijfrenteregeling kan worden afgesloten op basis van garantie of beleggingsrisico. Bij een lijfrente op basis van garantie staat vooraf vast hoeveel kapitaal iemand opbouwt, hoe de beleggingen ook uitpakken. Een garantie is alleen via een verzekeraar te verkrijgen. Bij de bancaire spaarvariant wordt weliswaar geen beleggingsrisico gelopen, maar het eindkapitaal staat niet vast. Over elke storting wordt namelijk een rente betaald die geldt op het moment van storten en net als op gewone spaarrekeningen is ook die rente in het afgelopen jaar fors gedaald. Bij een regeling op basis van beleggingsrisico of een lijfrentebeleggingsrekening is ook niet op voorhand te zeggen hoeveel kapitaal er uiteindelijk wordt opgebouwd, dat kan mee- of tegenvallen.

Wanneer heb ik een lijfrenteregeling nodig ?
Verzekeraars en banken doen niets liever dan u een pensioengat of breuk voorrekenen. Voordat u zich laat bijverzekeren: een pensioengat betekent dan dat u op een pensioen afstevent van minder dan 70% van het laatstverdiende salaris. Volgens het Verbond van Verzekeraars heeft 80% van de werknemers in Nederland een pensioengat. Een pensioengat is ook snel opgelopen. Bent u enkele keren van werk veranderd, gescheiden of wellicht heeft u een periode parttime werk verricht? Ook als u tweeverdiener bent, variabel inkomen heeft, een aantal jaren in het buitenland heeft gewoond of simpelweg een leaseauto heeft; in al die gevallen is er grote kans dat u een pensioen van minder dan 70% opbouwt.
Die 70% is echter ooit als grove leidraad door iemand bedacht. Niet iedereen heeft na pensionering zoveel inkomen nodig. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de mogelijkheden om de overwaarde op uw huis te gelde te maken. Ook een zekere erfenis mag best meegenomen worden. En ten slotte: heeft u nog wel zoveel inkomen nodig als u bijvoorbeeld 80 bent?
Vragen als deze zijn belangrijk voordat u een lijfrenteregeling afsluit. Laat u daarom altijd goed voorlichten door een onafhankelijk adviseur. Hij kan u ook de verschillen tonen tussen de diverse aanbieders die natuurlijk altijd hun eigen product als beste zullen betitelen.

Nemassdeboer maakt gebruik van functionele, analytische en tracking cookies. Instellingen