10-09-2014

Lijfrente leidt nog altijd tot veel vragen

Voor mensen die in loondienst werken en geen pensioenregeling via de werkgever hebben, de vele ZZP’ers en veel andere ondernemers, is een lijfrenteverzekering of lijfrentespaarrekening-/beleggingsrekening eigenlijk de enige optie voor de opbouw van (aanvullend) pensioen.  Door de jaren heen is er veel veranderd op het gebied van lijfrenten.  Hierdoor komen er steeds meer vragen. Veel van deze vragen hebben betrekking op de wijze waarop de belastingdienst nu omgaat met lijfrenteproducten die langer geleden zijn afgesloten.  Vanwege de vele onduidelijkheden publiceerde het ministerie van Financiën begin dit jaar een rapport waarin antwoord werd gegeven op veel voorkomende vragen. Op enkele onderwerpen uit het rapport gaan we in deze kwestie dieper in.    

Overbruggingslijfrenten
In het verleden werd vaak een lijfrenteverzekering afgesloten om eerder te kunnen stoppen met werken. Via deze overbruggingslijfrente kon een inkomen worden gerealiseerd vanaf het moment van stoppen met werken tot de pensioendatum. Door de invoering van de wet VPL in 2006 is het vanaf 01-01-2006 niet meer mogelijk om de overbruggingslijfrente verder op te bouwen. Toen was de gedachte dat de overbruggingslijfrente voor 01-01-2006 als lijfrentevorm in de polis moest zijn opgenomen. De staatssecretaris heeft later aangegeven dat dit niet letterlijk in de polis hoefde te staan, omdat men vaak vooraf niet weet voor welke soort lijfrente-uitkering wordt gekozen op de einddatum.

Conclusie:  van de waarde die op 31-12-2005 in de polis aanwezig was kan nog een overbruggingslijfrente worden aangekocht.  Deze overgangsregeling gaf aan dat wanneer er nog premie werd betaald, de waarde moest worden vastgezet op 31-12-2005. Als de polis per deze datum premievrij is gemaakt, dan mag ook de waardestijging na 31-12-2005 voor de overbrugging worden gebruikt. Enkele verzekeraars hebben er bewust voor gekozen om daarom een knip in de polis te zetten. Hierdoor ontstaat een premievrij en een premiebetalend gedeelte in één polis. Als de waarde van de polis niet vastgezet is of binnen de polis ‘apart’ is gezet en er is na 31-12-2005 nog wel premie betaald dan kan de poliswaarde niet meer aangewend worden als overbruggingslijfrente.

Tijdelijke oudedag lijfrente
Ook met betrekking tot de tijdelijke oudedag lijfrente is een en ander veranderd. Voor 01-01-2006 kon je een tijdelijke oudedag lijfrente in laten gaan wanneer je wilde. Vanaf 2006 mag deze pas ingaan in het kalenderjaar waarin je 65 jaar wordt. De uiterste ingangsdatum werd het kalenderjaar waarin je 70 jaar wordt. Per 01-01-2014 is dit weer gewijzigd. Met het geleidelijk opschuiven van de AOW-leeftijd is de ingangsdatum aangepast naar het kalenderjaar waarin je de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt en de uiterste ingangsdatum ligt daar 5 jaar na. Oftewel, de waarde van de lijfrenteverzekering of lijfrenterekening per 31-12-2013 mag nog vanaf 65-jarige leeftijd worden aangewend voor een tijdelijke oudedag lijfrente. De waarde die daarna wordt opgebouwd mag pas worden gebruikt vanaf de AOW-leeftijd.

Afkoop kleine lijfrenten
Een paar jaar geleden is de ‘afkoopregeling kleine lijfrente’ in het leven geroepen. Hierdoor mag je een lijfrentepolis met een waarde van minder dan € 4.242,- afkopen zonder dat je revisierente (20%) hoeft te betalen aan de belastingdienst.  Over deze afkoopregeling worden ook veel vragen gesteld. Zo kan het voorkomen dat tussen het moment waarop de afkoop wordt overeengekomen en de daadwerkelijke uitkering , een waardestijging tot gevolg heeft dat de grens alsnog wordt overschreden. In dat geval zal de belastingdienst geen sanctie opleggen. Als toetswaarde wordt de waarde genomen die gold op datum van de overeenkomst voor afkoop.

Conclusie
Het opgestelde rapport geeft antwoorden op vragen die in de praktijk veel voorkomen. Hierboven hebben wij enkele voorbeelden uitgelicht. Maar er is natuurlijk meer veranderd en dit zal ook door blijven gaan. Niet alleen op het gebied van lijfrenten of pensioenen maar ook op het gebied van hypotheken of belastingen. Het is daarom belangrijk om zowel je financiële situatie als je voorzieningen regelmatig te laten controleren, zodat deze blijven aansluiten op je wensen. Anders loop je snel achter de feiten aan.  Een onafhankelijk en ervaren financieel adviseur of financieel planner kan je helpen om inzicht te krijgen in de eigen financiële toekomst, zodat verrassingen worden voorkomen.  

Nemassdeboer maakt gebruik van functionele, analytische en tracking cookies. Instellingen