03-01-2018

Wat gaat de rente doen in 2018?

Bijna alle Nederlanders hebben er mee te maken: de lage rentes. Handig als je een nieuwe hypotheek gaat afsluiten of je bestaande hypotheek kan oversluiten naar een lagere hypotheekrente. Helaas is de lage rentestand minder leuk voor het rendement op je spaargeld. In deze kwestie van geld behandelen we de laatste ontwikkelingen, waaronder de nieuwe belastingtarieven voor (box 3) vermogen

Belasting op je vermogen
Tot en met 2016 ging de Belastingdienst er vanuit dat je 4% rendement maakte op je vermogen. Hierover betaalde je dan 30% belasting. Dit kwam neer op 1,20% belasting boven de vrijstelling. Dit voelde voor veel Nederlanders onterecht, aangezien dergelijke rendementen al enkele jaren niet meer worden gehaald met sparen. Vanaf belastingjaar 2017 is daarom de belasting op je vermogen gewijzigd. De Belastingdienst gaat er vanuit dat je meer rendement op je vermogen behaalt, als dat vermogen groter is. Dit komt omdat men ervan uitgaat dat mensen met meer vermogen ook beleggen. Over de langere termijn genomen wordt er met beleggen een hoger rendement behaald dan met sparen.

Vanaf 2017 hanteert de Belastingdienst drie schijven. Ze gaan bij het vaststellen van de tarieven uit van een gemiddeld rendement op sparen gedurende vijf jaar en een gemiddeld rendement op beleggen gedurende vijftien jaar. Het tarief voor 2018 ligt lager dan 2017:

                                                                                               2017                      2018
Tot € 75.000                                                                          0,86%                   0,61%                  
Vanaf € 75.001 tot en met € 975.000                                  1,38%                   1,30%                  
Vanaf € 975.001                                                                    1,62%                   1,61%       
           
Iedereen  gaat over vermogen dat zij op 1 januari 2018 bezitten, iets minder  belasting betalen dan over het vermogen per 1 januari 2017. De mensen met een groter vermogen betalen echter meer dan in de oude regeling.

Een vast bedrag van je vermogen is vrijgesteld van belasting. Dit wordt het heffingsvrije vermogen genoemd. Over 2017 bedroeg het heffingsvrije vermogen € 25.000. Voor 2018 is dit vastgesteld op € 30.000. Dit bedrag geldt per persoon. Dus als je een fiscale partner hebt, geldt voor jullie samen € 60.000.

Het vermogen dat meegerekend wordt voor het vaststellen van de te betalen belasting (vermogensrendementsheffing genoemd) wordt de ‘grondslag voor sparen en beleggen’ genoemd. De grondslag voor sparen en beleggen is de waarde van je vermogen op 1 januari, minus je heffingsvrije vermogen.

Waarom daalt de spaarrente?
De Europese Centrale Bank (ECB) heeft de laatste jaren de rentetarieven verlaagd om de economische groei in Europa te stimuleren. Door de lage rentestand kunnen banken geld lenen bij de ECB tegen een hele lage rente. Hierdoor is ons spaargeld minder hard nodig.

Wij krijgen regelmatig de vraag of een negatieve spaarrente mogelijk is. Dan zou je dus moeten betalen om je spaargeld bij een bank te zetten. Dit is echter niet waarschijnlijk. Bij een negatieve spaarrente zal veel spaargeld opgenomen worden. Dit kan tot problemen bij de banken leiden en daar zit niemand op te wachten. Het is eerder aannemelijk dat de rentes over enige tijd weer gaan stijgen, omdat de ECB het beleid aan het veranderen is. Als de rentes stijgen, wordt lenen bij de ECB duurder en wordt spaargeld voor banken weer interessanter. Hierdoor stijgt de spaarrente uiteindelijk weer.

Overigens wordt sterk afgeraden om geld thuis te bewaren. Je loopt hiermee best wat risico’s (brand, inbraak en overval). Soms wordt contant geld gedekt op je inboedelverzekering voor brand of diefstal. Maar deze dekking is altijd beperkt tot een bepaald bedrag.

Kijk je spaarrente na
De spaarrentes zijn al geruime tijd lager dan wij gewend waren. Maar er zijn zeker nog behoorlijke verschillen tussen de banken. Kijk hierbij verder dan de grootbanken, aangezien deze niet de meest concurrerende spaarrentes aanbieden. Zeker kleinere banken, zoals RegioBank, geven hogere spaarrentes. Vergelijken loont de moeite. Door  een verdeling te maken tussen spaargeld dat je op korte termijn nodig hebt en spaargeld dat je voor wat langere tijd niet nodig denkt te hebben, kan je overigens ook meer rendement maken op je spaargeld. Voor het vermogen dat je voor de echt langere termijn niet nodig hebt, kan beleggen een goed alternatief zijn. Als je voldoende vermogen hebt is beleggen met (een deel van) je geld een goede overweging. Mits dat natuurlijk past bij jouw situatie.

Weet je niet zeker of je wel de hoogst mogelijke spaarrente krijgt, of dat beleggen misschien bij jou past? Een ervaren adviseur kan je hierbij helpen. Een afspraak is zo gemaakt. Je bent van harte welkom.

Joke Brink, adviseur bankzaken.

Nemassdeboer maakt gebruik van functionele, analytische en tracking cookies. Instellingen