13-09-2010

WGA eigen risico drager worden is nu zeer interessant

Zoals reeds aangegeven zou ik opnieuw in de lucht komen bij het bekend worden van de factoren t.b.v. de gedifferentieerde premie.

Meest schokkende is wel de stijging van de correctiefactor naar 1,96, m.a.w. iedere euro instroom gaat de werkgever bijna twee euro kosten. Een en ander wordt met enkele rekenvoorbeelden hieronder nader uitgelegd.

Het is dus zéér interessant hier de komende tijd aandacht en tijd aan te besteden.

Voorbeeld 1
Een klein bedrijf met 9 werknemers en een gemiddelde loonsom van € 300.000,- op jaarbasis heeft in het jaar 2007 een WGA instromer gekregen. In het jaar 2009 bedroeg zijn uitkering € 9.000,-. Het werkgeversrisico bedraagt dan € 9.000 / € 300.000 = 3%.

Rekenpremie + opslag/korting = 0,62% + 1,96 * (3% - 0,28%) = 5,95%.

Deze premie valt niet binnen de maximumbandbreedte. Want een klein bedrijf betaalt maximaal 1,65% in 2010. De premie voor dit bedrijf wordt dus afgetopt op 1,65%. Een klein bedrijf haalt bij 1 instromer al snel de maximale premie, dit is bij een groot bedrijf niet het geval.

Het gaat om een WGA instromer uit 2007 die maar liefst 10 jaar voor rekening komt van de werkgever. Bij het huidige systeem zou deze klant tot en met het jaar 2019 de maximumpremie voor kleine bedrijven blijven betalen. Om nu te kiezen voor het WGA eigen risicodragerschap is niet verstandig zolang deze WGA instromer nog een WGA uitkering heeft. Het bedrijf kan dit zogenaamde inlooprisico niet meer verzekeren bij de private verzekeraar en anders moet hij zelf de uitkeringslast ad. € 9.000 betalen en daarbij nog de eventuele re-integratiekosten van deze WGA’er.

Voorbeeld 2
Een werkgever met een gemiddelde loonsom van € 500.000.-- heeft in 2006 een WGA-instromer gehad die in 2009 nog een WGA uitkering heeft van € 10.000,--. Het individueel werkgeversrisico is dan € 10.000 / € 500.000 = 2%.

De berekende individuele premie bedraagt: 0,62% + 1,96*(2% -/- 0,28%) = 4%. Dit percentage ligt boven de maximum premiegrens van 2011 voor kleine bedrijven. De werkgever betaalt de maximumpremie van 1,65%.

Rekenvoorbeelden WGA premie grote bedrijven

De indeling grote of kleine werkgever is afhankelijk is van de loonsom die het bedrijf in 2009 had. Voor de premiestelling in 2011 wordt als groot bedrijf beschouwd elk bedrijf die in 2009 een loonsom had = € 747.500. Deze grens is gebaseerd op 25 maal de gemiddelde loonsom die in het jaar 2009 € 29.900,- bedroeg.

Voorbeeld 1:
Een middelgrote werkgever heeft in juli 2004 nog een WAO-instromer gekregen waarvan aan de werkgever nog € 6.000,-. In het werkgeversrisico wordt meegenomen (dit is het uitkeringsbedrag tot het moment dat de persoon precies vijf jaar in de WAO zit dus tot juli 2009). Er zijn sindsdien geen WGA instromers geweest. Stel dat deze werkgever een gemiddelde loonsom heeft gehad van € 1.000.000,--, dan is het individuele werkgeversrisico 6.000/1.000.000 = 0,6%.

Wanneer we dit invullen in de formule dan komt de premie in 2011 als volgt uit:

Rekenpremie: 0,62 % +1,96 * (0,6% - 0,28%) = 1,25% (deze premie valt binnen de maximumpremie voor grote bedrijven)

Nb. Dit bedrijf heeft geen WGA instromers maar betaalt deze hoge premie nog over een WAO-instromer uit 2004. Indien dit bedrijf kiest om WGA eigen risicodrager te worden dan heeft de WAO instromer uit 2004 geen gevolgen meer. Bedrijven moeten alleen de eigen WGA lasten zijn gaan financieren maar die zijn voor deze klant nul euro. Stel dat deze klant de WAO-instromer uit 2004 niet had gehad, dan was zijn WGA gedifferentieerde premie in 2011 slechts 0,07% geweest, namelijk 0,62% + 1,96 (0% - 0,28%) = 0,07%.

Voorbeeld 2:
Een groot bedrijf met gemiddelde loonsom over de jaren 2005-2009 van € 3.000.000,-- heeft sinds 2004 twee instromers gehad.

• In december 2004 is iemand in de WAO gekomen die in 2009 nog een uitkering heeft van € 11.000,--.
• In november 2006 is een WGA instromer ontstaan, zijn WGA vervolguitkering bedroeg in 2009 nog € 6.000,-.

Het totaal van uitkeringen dat wordt doorgerekend in het werkgeversrisico bedraagt derhalve € 17.000,-. Om het werkgeversrisico percentage te berekenen delen we deze € 17.000,- door de gemiddelde loonsom van € 3.000.000,-. Het individuele werkgeversrisicopercentage is voor deze klant dus 0,57%.

De gedifferentieerde premie in 2011 bedraagt: 0,62% + 1,96*(0,57% -/- 0,28%) = 1,19%. Dit percentage ligt binnen de maximum premie. Door afronding van de gebruikte percentages in deze formule kan het antwoord in de officiële beschikking 1,18% zijn.

De premie van 1,18% of 1,19% wordt berekend over zijn loonsom in het jaar 2011. Stel deze is nog steeds circa € 3.000.000,-, dan betaalt het bedrijf maar liefst ruim € 35.000,- (dus ruim het dubbele van de toegerekende uitkeringen). Wanneer het bedrijf eigen risicodrager wordt, dan is er geen last meer van de WAO-instromer.

Uiteraard gaat het bedrijf wel een premie aan de private verzekeraar betalen om het toekomstige risico te dekken en dient er goed gekeken te worden naar het zogenaamde inlooprisico . De private verzekeringspremie inclusief de affinanciering van het inlooprisico zal vermoedelijk lager liggen dan de premie van 1,19%. Bovendien is daar een toekomstig risico van nieuwe WGA instromers mee afgefinancierd doordat de verzekeraar daar dekking voor geeft.

Voorbeeld 3:
Een grote werkgever met een gemiddelde loonsom over de jaren 2005-2009 van € 10.000.000,-- heeft sinds 2004 vier instromers gehad.

• In augustus 2004 is er een WAO-instromer ontstaan die tot augustus 2009 nog een WAO uitkering had ontvangen van € 12.000,-.
• In maart 2006 is een WGA instromer ontstaan, zijn WGA vervolguitkering bedroeg in 2009 nog € 9.000,-.
• In 2008 is een WGA instromer (80-100% arbeidsongeschikt). Weliswaar is deze meneer in 2010 helaas overleden, maar in 2009 bedroeg zijn uitkering nog € 23.000,-.
• In februari 2009 is een nieuwe WGA instromer ontstaan, zijn uitkering bedroeg in 2009 € 22.000,-.

Het totaal van uitkeringen in 2009 dat wordt doorgerekend in het werkgeversrisico bedraagt € 66.000,-. Dit wordt gedeeld door de gemiddelde loonsom van € 10.000.000,-. Het individuele werkgeversrisicopercentage bedraagt 0,66%. De gedifferentieerde premie in 2011 bedraagt: 0,62% + 1,96*(066,% -/- 0,28%) = 1,36%.

De premie van 1,36% wordt berekend over zijn loonsom in het jaar 2011. Stel deze is nog steeds € 10.000.000,-, dan betaalt het bedrijf maar liefst € 136.000,- aan WGA gedifferentieerde premie op jaarbasis. Van alle genoemde uitkeringen zou dit bedrijf alleen bij het kiezen voor het WGA eigen risicodragerschap nog last hebben van de WGA instromer uit februari 2009. De WGA instromer uit 2006 telt bij het WGA eigen risicodragerschap niet meer mee omdat de vierjaarsperiode voorbij is. Van de WGA instromer uit 2008 is gegeven dat hij helaas is overleden in 2010. Derhalve blijft bij het WGA eigen risicodragerschap per 1 januari 2011 alleen de WGA instromer uit 2009 over. Stel dat de persoon in 2011 alleen nog een WGA vervolguitkering heeft van € 7.000,-, dan kan het bedrijf beter deze WGA last en zijn re-integratiekosten zelf gaan betalen of dit als inlooprisico mee gaan verzekeren bij een private verzekeraar. Natuurlijk zijn er ook bij een dergelijk groot bedrijf nog langdurig zieken maar verzekeraars willen dit bij dergelijke grote bedrijven wel verzekeren. De premie voor de private verzekering inclusief het inlooprisico zal lager uitvallen ten opzichte van blijven bij het UWV en daarmee heeft het bedrijf ook zijn toekomstige risico van nieuwe WGA instromers afgedekt.

Premies en parameters Werkhervattingskas

Omschrijving 2011 2010 Gemiddelde loonsom in € € 29.900 € 29.200 Grens grote/kleine werkgever in € € 747.500 € 730.000 Gemiddeld percentage 0,55% 0,53% Minimumpremie kleine werkgever 0,56% 0,59% Maximunpremie kleine werkgever 1,65% 1,59% Minimumpremie grote werkgever 0,07% 0,06% Maximunpremie grote werkgever 2,20% 2,12% Gemiddeld werkgeversrisicoprecentage 0,28% 0,36% Rekenpercentage 0,62% 0,59% Correctiefactor werkgeversrisico 1,96 1,47 Rentehobbel 0,09% 0,12%

Nemassdeboer maakt gebruik van functionele, analytische en tracking cookies. Instellingen