Eindejaarstips om de fiscus een stapje voor te zijn

Eindejaarstips om de fiscus een stapje voor te zijn.
Volgend jaar wijzigt de fiscale wetgeving flink. Het kan lonen om daar de komende weken nog op in te spelen.

Per 1 januari volgend jaar wordt een behoorlijk aantal aanpassingen doorgevoerd in de fiscale wetgeving. Zo wordt een nieuw partnerbegrip voor onder andere de inkomstenbelasting van kracht, terwijl er voortaan slechts één peildatum voor de vermogensrendementsheffing zal gelden. Een goede timing kan onnodige belastingafdracht voorkomen. In deze kwestie geven wij u enkele suggesties om de fiscus voor te zijn.

Besparing Vermogensrendementsheffing
Sinds het belastingplan van 2001 (Wet IB 2001) geldt voor de belastingheffing een boxensysteem. Hierbij wordt over uw vermogen via box 3 de zgn. vermogensrendementsheffing geheven. Deze heffing vindt plaats over de waarde van uw bezittingen als spaargeld, en beleggingen. Uw eigen woning valt daar buiten. Men gaat er bij de berekening van de te betalen belasting van uit dat u jaarlijks 4% voordeel (bijvoorbeeld rente of dividend) op uw vermogen realiseert. Over die 4% betaalt u een vast belastingtarief van 30%. U betaalt dus 30% van 4% = 1,2% vermogensrendementsheffing. Er geldt een vrijstelling van circa 20.000 euro per persoon en een paar duizend euro per kind. Man en vrouw samen hebben dus een vrijstelling van ongeveer 40.000 euro. Tot nu toe werd de waarde van uw bezittingen berekend als het gemiddelde van uw bezittingen aan het begin van het jaar en aan het einde van het jaar. Dat gaat per 1 januari veranderen. Dan blijft alleen 1 januari over als peildatum voor box 3. Maatregelen die u neemt om uw vermogen per 1 januari 2011 zo laag mogelijk te houden, schelen dus 1,5 jaar vermogensrendementsheffing.

Nieuwe regels omtrent fiscaal partnerschap
Leeft u momenteel ‘duurzaam gescheiden’ van uw echtgenoot, dan wordt u fiscaal als ongehuwd beschouwd. Maar vanaf 1 januari 2011 wordt u weer als elkaars partners aangemerkt, indien u niet van tafel en bed bent gescheiden ofwel (nog) geen verzoek verzoek tot echtscheiding of scheiding van tafel en bed is ingediend ofwel als u beiden nog steeds op hetzelfde woonadres staat ingeschreven bij de gemeentelijke basisadministratie (GBA). Hierdoor worden allerlei bepalingen in de Wet IB 2001 in geval van partnerschap weer van toepassing op u en uw echtgenoot. Wilt u dat niet, dan moet u voor 1 januari 2011 zowel het verzoek tot echtscheiding of scheiding van tafel en bed zijn ingediend, als de gezamenlijke inschrijving bij de GBA ongedaan zijn gemaakt.

Hypotheekrente aftrek
Wanneer ongehuwde partners met een eigen woning in 2009 of 2010 hun samenwoning hebben beëindigd, omdat een van beiden het voormalige hoofdverblijf heeft verlaten, dan kan degene die de woning heeft verlaten de hypotheekrente maximaal twee jaar na de beëindiging blijven aftrekken. Vanaf 1 januari 2011 blijft de hypotheekrenteaftrek voor woningverlaters alleen in stand wanneer zij vanaf 1 januari 2011 niet langer als fiscaal partner worden aangemerkt. Daarvan is in elk geval sprake indien de gezamenlijke inschrijving bij de GBA op dat adres voor 1 januari 2011 is beëindigd. Voor echtgenoten blijft de aftrek in stand als er sprake is van duurzaam gescheiden leven (zie stukje hierboven).

Verplicht partnerschap ongehuwden
Voldoen u en uw partner momenteel aan alle vanaf 1 januari 2011 geldende voorwaarden om vanaf die datum als verplicht fiscaal partners te worden aangemerkt en wenst u dat niet, dan moet u ervoor zorgen dat voor 1 januari 2011 niet meer aan alle voorwaarden wordt voldaan. U zou daarvoor het samenlevingscontract kunnen ontbinden of de aanmelding voor de pensioenregeling kunnen terugdraaien. Indien u feitelijk niet meer samenwoont, zou u de inschrijving op hetzelfde adres in de gemeentelijke basisadministratie ongedaan kunnen maken (wat volgens de wet ook moet).

Schenken aan kinderen
Voor schenkingen aan kinderden geldt een eenmalige hoge schenkingsmogelijkheid wanneer de kinderen tussen de 18 en 35 jaar oud zijn. In 2010 is deze eenmalige hoge schenking verhoogd naar 24.000 euro. Schenkt u in 2010 aan uw kind voor een eigen woning of een studie of beroepsopleiding, dan bedraagt de vrijstelling zelfs 50.000 euro. Ook als u in 2009 al een beroep heeft gedaan op de verhoogde vrijstelling, mag u in 2010 nog beroep doen op de aanvullende verhoogde vrijstelling van 26.000 euro, mits deze is bedoeld voor de aanschaf of onderhoud van een eigen woning van het kind of voor aflossing van de eigenwoningschuld van het kind. De aanvullende vrijstelling kan worden gecombineerd met de jaarlijkse vrijstelling voor schenkingen van ouders aan kinderen die 5.000 euro bedraagt in 2010.

Direct opeisbare renteloze lening
Wanneer u in 2010 aan bijvoorbeeld uw kind een direct opeisbare renteloze lening of een lening met een lage rente hebt verstrekt, bijvoorbeeld voor de aankoop van een woning, dan wordt het verschil tussen 6% en de werkelijk afgesproken rente als een schenking aangemerkt. Over die schenking moet jaarlijks schenkingsbelasting worden betaald. De schenkingsbelasting is over 2011 te voorkomen door vanaf 1 januari 2011 een rente van 6% te laten betalen, of door de lening voor 1 januari af te laten lossen. Na aflossing kan de lening dan opnieuw worden aangegaan, maar nu met een vaste looptijd. Dan kan wel een lagere rente worden overeengekomen dan 6%, mits deze ‘zakelijk’ is. Voor de hoogte van de rente kan worden gekeken naar de hypotheekrente die bijvoorbeeld banken berekenen.

Elke persoonlijke situatie is weer anders. Indien u niet zeker bent welke regels voor u (gaan) gelden, neem dan contact op met uw financieel adviseur, belastingadviseur of notaris.