04-06-2014

Fiscale hervorming pensioenopbouw ook door Eerste Kamer goedgekeurd.

Zoals iedereen wel heeft gemerkt is er veel gaande op pensioengebied. Een belangrijke ontwikkeling is de verhoging van de pensioenleeftijd van 65 naar 67 jaar en alle gevolgen die dit heeft voor bestaande en nieuwe pensioenregelingen. In de afgelopen week ging ook de Eerste Kamer met de fiscale hervormingen van de pensioenopbouw akkoord. In deze kwestie gaan we in op de besluiten en de gevolgen voor de pensioenregelingen.  

Aanpassingen leiden tot een hoger netto loon
Op 27 mei j.l. ging ook de Eerste Kamer in meerderheid akkoord met de plannen van de regering over de fiscale behandeling van pensioenen. Als gevolg van de gestegen levensverwachting moeten we allemaal langer gaan werken. Daardoor hebben we langer de tijd om ons pensioen op te bouwen, waardoor het jaarlijks in te leggen bedrag lager kan zijn. Pensioenpremies moeten daarom gaan dalen, wat voor werknemers resulteert in een hoger netto loon. Dat is de verpakking van dit pakket van maatregelen. Het valt voor politici moeilijk om toe te geven, maar een veel belangrijker reden voor de maatregelen is een grote besparing voor het Rijk. Het zal een voordeel van circa 2,8 miljard euro voor ’s Rijks schatkist opleveren. Het totaal van de nieuwe regels gaat te ver voor deze rubriek en de regels zijn veelal ook zeer technisch. Wij volstaan daarom met belangrijkste aanpassingen die ook de meeste mensen aangaan.

Voor mensen in loondienst: lagere pensioenopbouw per jaar

• Het nieuwe uitgangspunt voor de pensioenopbouw is dat in 40 jaar een pensioen van 75% van het gemiddelde verdiende loon wordt opgebouwd. Vroeger bouwde je 70% van het laatst verdiende loon op. Dat is in de afgelopen jaren in de meeste pensioenregelingen veranderd naar opbouw op basis van het gemiddelde loon dat je bij een werkgever verdient/verdiende. Dat leidt uiteindelijk tot een lager pensioen.
• De opbouwpercentages worden verlaagd naar 1,875% voor middelloon en 1,657% voor eindloon per dienstjaar. Bij eindloonregelingen bouw je straks dus nog maar 40 x 1,657% = 66,28% van het laatst verdiende loon op.
• Voor beschikbare premieregelingen gelden nieuwe (uitsluitend netto) staffels. Deze zijn al gepubliceerd.
• Het pensioengevend loon wordt gemaximeerd op € 100.000 (aftoppingsgrens). De aftoppingsgrens wordt jaarlijks verhoogd in de mate waarin het wettelijk minimumloon in een kalenderjaar is gestegen;

Voor ondernemers : beperking van FOR dotatie en lijfrenteaftrek

• De fiscale oudedagsreserve (FOR) en de lijfrenteaftrek worden aangepast, in lijn met verlaagde pensioenopbouw voor mensen in loondienst. Per saldo mag er jaarlijks minder worden toegevoegd aan de FOR.
• Voor de premiegrondslag in de berekening van de maximale lijfrentestorting per jaar (de jaarruimte) geldt dat ook voor ondernemers het inkomen van maximaal € 100.000 in aanmerking wordt genomen. Ook hier geldt dat deze € 100.000 jaarlijks wordt verhoogd op basis van de verhoging van wettelijk minimum loon.

Voor zowel mensen in loondienst als ondernemers

• Voor het inkomen boven de aftoppingsgrens van € 100.000 komt een nieuwe spaarmogelijkheid op vrijwillige basis: de netto lijfrente. De maximaal beschikbare premie voor de netto lijfrente is leeftijdsafhankelijk. De premie is niet aftrekbaar en wordt betaald vanuit het netto loon (of de netto winst bij de ondernemer).
• De aanspraak (de netto lijfrente) is vrijgesteld in box 3. Je betaalt over het op te bouwen kapitaal dus jaarlijks niet 1,2% vermogensrendementsheffing. Omdat de inleg niet wordt afgetrokken van de te betalen belasting, betaal je over de uiteindelijke lijfrente uitkering ook geen inkomstenbelasting.
• De regels ten aanzien van de looptijd van de uiteindelijke lijfrente uitkering zijn gelijk aan de bestaande fiscale voorwaarden voor een (tijdelijke) oudedagslijfrente;
• Ook de nieuwe netto lijfrente mag zowel door een verzekeraar (lijfrenteverzekering), bank (lijfrenterekening) of beleggingsinstelling (lijfrentebeleggingsrecht) worden uitgevoerd.

Per saldo leidt dit alles tot een versobering van ons pensioen. Het is daarom waarschijnlijk een kwestie van tijd dat de vakbonden hiervoor bij de werkgevers om compensatie gaan vragen. Het is maar de vraag of de werkgevers hierop in zullen gaan. Wilt u niet afhankelijk zijn van wat anderen voor u gaan beslissen, laat u dan goed voorlichten door een ervaren adviseur en laat hem een financieel plan opstellen. Des te vroeger u ermee begint, des te meer tijd heeft u om tegenvallers op te vangen.

Nemassdeboer maakt gebruik van functionele, analytische en tracking cookies. Instellingen