Miljoenennota 2017, deel 2. Wat zijn de werkelijke gevolgen van de nieuwe belastingtarieven voor spaargeld?

Wat zijn de werkelijke gevolgen van de nieuwe belastingtarieven voor spaargeld? In de voorgaande kwestie hebben we uit de op Prinsjesdag gepresenteerde Miljoenennota, de voorstellen doorgenomen waar de meeste Nederlanders mee te maken krijgen. Tevens hebben we daar de addertjes benoemd die in verschillende plannen verscholen liggen. Zoals beloofd gaan we vandaag wat dieper in op een belangrijke verandering, te weten de aanpassing van de belasting op vermogen.

Vermogensrendementsheffing, hoe zat het ook alweer?
Vroeger werd de belasting berekend over de ontvangen rente. Sinds 2001 is er sprake van een belasting over het vermogen dat je bezit. Daarbij moet je denken aan spaargeld, beleggingen en bijvoorbeeld uitgeleende gelden aan kinderen. Bij de invoering van het nieuwe  belastingstelsel in 2001 werd een nieuwe belasting ingevoerd, de vermogensrendementsheffing. Daarbij werd een vast rendement over het vermogen geïntroduceerd van 4% waarover altijd 30% belasting wordt geheven. Dit leidde tot een feitelijke belastingheffing van 1,20% over al het vermogen in box 3 dat uitkomt boven de algemene vrijstelling. Die regeling geldt ook nu nog.

Wat gaat er veranderen?
De huidige belasting op vermogen in box 3 wordt door velen als onevenredig hoog gezien. De spaarrente is namelijk de afgelopen jaren sterk gedaald, maar de fiscus baseert de heffing nog steeds op een rendement van 4%. Daar komt vanaf volgend jaar verandering in. Uiteindelijk wil men er naar toe dat de belasting wordt geheven over het werkelijke behaalde rendement, maar dat zou men nu nog niet kunnen berekenen. Er komt daarom een overgangsstelsel waarbij gerekend wordt met drie rendementspercentages die oplopen met de hoogte van het vermogen. De gedachte erachter is dat je met meer vermogen een hoger rendement behaalt. De belastingvrijstelling gaat daarbij omhoog van € 24.437 naar € 25.000 per persoon. De nieuwe indeling ziet er als volgt uit:  

Belastbaar vermogen (per persoon)     Rendement    Belasting (30% over het rendement)
tot € 100.000                                                2,90%                                 0,87%    (was 1,20%)
Tussen € 100.000 en € 1.000.000               4,70%                                   1,41%    (was 1,20%)
Boven € 1.000.000                                       5,50%                                   1,65%    (was 1,20%)

Veel mensen maken zich grote zorgen over de nieuwe regels, omdat men denkt dat het al vrij snel zal leiden tot een hogere belasting. Dat valt gelukkig voor de meeste mensen echter mee. In 3 rekenvoorbeelden maken we dat inzichtelijk.

Rekenvoorbeeld 1: Een echtpaar met € 250.000 vermogen en nog niet pensioengerechtigd,  heeft nu een vrijstelling van € 24.437 euro per persoon. Zij betalen gezamenlijk daarom 1,20% over € 250.000 - € 48.874 (2 x de huidige vrijstelling van € 24.437 per persoon)  = € 2.414  vermogensrendementsheffing. Volgend jaar wordt dat 0,87% over € 250.000 min € 50.000 (2 x de nieuwe vrijstelling van € 25.000)  = € 1.740 euro. Dat levert dus een besparing op. 
 
 
Rekenvoorbeeld 2: Een stel dat nu € 500.000 vermogen heeft in box 3 betaalt daar nu 1,2% x
(€ 500.000-€ 48.874) = € 5.414 belasting over. De rekensom wordt vanaf volgend jaar wat ingewikkelder. Het belastbare vermogen wordt dan € 500.000 – € 50.000 = € 450.000.  Over de eerste € 200.000 (€ 100.000 per persoon) betaal je dan het lagere tarief van 0,87% = € 1.740. Over de volgende € 250.000 wordt echter 1,41% geheven = € 3.525. De totale belastingdruk wordt dan € 1.740 + € 3.525 = € 5.265. Dat is nog altijd € 149 lager dan nu.
 
Rekenvoorbeeld 3: een echtpaar met € 1.000.000 vermogen betaalt nu 1,20% over € 1.000.000-€ 48.874 = € 11.414 belasting. Volgend jaar wordt dat 0,87% over € 250.000- € 50.000 = € 1.740 en 1,41% over € 750.000 = € 10.575. In totaal wordt dan dus een vermogensrendementsheffing geheven van  € 1.740 + € 10.575 = € 12.315. Dat is € 901 meer dan nu.
 
Samengevat komt het erop neer dat de nieuwe tarieven voor de meeste mensen gunstiger uitpakken dan de huidige tarieven. Alleen de echte vermogenden gaan er op achteruit. Door de steeds maar dalende spaarrente is het werkelijke rendement echter negatief aan het worden. Het loont daarom nog steeds om goed naar de rente op de spaarrekening te kijken. Er komen nog steeds verschillen voor van 0,25% of meer. Zeker voor de meer vermogenden die niet willen beleggen wordt dat nog belangrijker.